Bijzondere beelden die een schijnbaar alledaags verhaal vertellen

Beleef Drentse platteland

Fotodocumentaire maakster Anke Teunissen houdt van het kleine:

“Alledaagse dingen kunnen je een heel andere kijk op het leven geven.”

Ruinen, oktober van dit jaar. We mochten nog op gepaste afstand bij elkaar komen. Tijdens een bijeenkomst bij Restaurant Luning maakten we kennis met de Virtual Reality Experience van “The Last Chair” van Anke Teunissen, (foto-) documentairemaker. In de hoek van de achterzaal is een ruimte ingericht als ouderwetse woonkamer, zoals er veel geweest zullen zijn in de jaren ’50 van de vorige eeuw. In Ruinen woont Egbert Stellink nog precies zo. Met de VR bril op zittend op een draaistoel gingen we bij hem ‘op bezoek’. Een bijzondere gewaarwording gemaakt met een bijzondere techniek. Tijd om nader kennis te maken met de vrouw die dit samen met Jessie van Vreden bedacht en gemaakt heeft.

Het is november en de regels in verband met corona zijn weer aangescherpt. Een persoonlijke ontmoeting zat er even niet in, maar ook hier staat de techniek voor niets en kon ik Anke spreken, zittend achter (of voor, afhankelijk van waar je weg of vandaan komt) onze laptop. Een inkijkje in het leven en de drijfveren van een gedreven en betrokken documentairemaker. 

Anke werd in Drachten geboren, maar al kort na haar geboorte besloten haar ouders terug te gaan naar de plek van hun eigen herkomst: Drenthe. Ze gingen wonen in De Wijk, in het ouderlijkhuis van haar vader. Moeder was geboren op het Oosteinde, een buurtschap van Ruinerwold. Dus ook voor haar een terugkeer naar geboortegrond. Anke ging in Meppel naar de middelbare school. ‘Mijn vader was docent Nederlands’ vertelt Anke over haar jeugd, ‘we werden thuis dan ook regelmatig verbeterd als we woorden of uitspraken verkeerd gebruikten. Dat heeft me zeker geholpen toen ik naar Amsterdam ging, want ze konden wel horen waar ik vandaan kwam, maar niet zo sterk dat daarmee een vooroordeel ontstond. Ik had een vriendin die me wel direct corrigeerde als ze vond dat mijn Nederlands beter kon. Daar moest ik soms wel om lachen. Ze kwam zelf namelijk uit Maastricht (L).’

Na haar eindexamen VWO wist ze nog niet goed wat ze wilde doen. ‘Rechten leek me saai, wel algemeen te gebruiken, maar toch, ik had verder geen roeping of zo. Als je zo jong bent dan is het ook bijna niet te doen om zo’n grote beslissing te nemen. Als ik het nu over zou kunnen doen, zou ik zeker een pauze jaar inlassen om beter te weten wat je met je toekomst wilt.’ Ze begon aan de Universiteit van Amsterdam met de studie Culturele Antropologie. De twijfel sloeg toe, want wat kán je daar dan uiteindelijk mee. Met studentenbaantjes bij het Concertgebouw en Perdu (een theaterzaal die een podium biedt voor poëzie, literatuur en experiment. Red.) plus een extra studierichting ‘Theater wetenschappen’ werd haar interesse aangewakkerd om toch een andere, creatieve richting te kiezen. Dit werd uiteindelijk de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag, waar ze zich specialiseerde in documentaire fotografie. Bij documentaire fotografie staan maatschappelijke verhalen centraal. Dit kan bijvoorbeeld gaan over de sociale en psychologische situatie van mensen tegen de achtergrond van de tijd (toen en/of nu).

‘Ik vind het prachtig om met het maken van foto’s iets kleins, misschien wel alledaags, op een andere manier te belichten. Mijn onderwerpen zijn altijd personen. Ik ben oprecht geïnteresseerd en eerlijk over wat ik wil maken. De personen die ik benader zeggen eigenlijk altijd “ja” en laten me heel dichtbij komen. Heel bijzonder. Zo kreeg ik van Uitgeverij Kluwer de opdracht voor het maken van portretten in tekst en beeld voor een boek over de thuiszorg: “Laat mij maar thuis.” Daar zag ik hoe met het ouder worden, de wereld van mensen steeds kleiner wordt. Uiteindelijk brengen ze de meeste tijd zittend door in hun favoriete stoel met bril, blad of breiwerk onder handbereik. Letterlijk de stoel waarin ze hun laatste levensjaren doorbrengen. Dat vond ik zo indrukwekkend. Het bleef in mijn hoofd om later meer mee te doen.’

In 2006 voltooide Anke het boek “Nestblijvers” waarin ze 26 volwassenen fotografeerde die allemaal nog in het ouderlijk huis woonden. De redenen waren uiteenlopend, maar allemaal waren ze prachtig in beeld gebracht. Iris Pronk verzorgde de teksten. Anke: ‘Toen het boek klaar was heb ik het opgedragen aan mijn vroeg overleden vader. Hij was groot fan van Kooten en De Bie. Ik heb de stoute schoenen aangetrokken en Wim de Bie gevraagd of hij het voorwoord wilde schrijven. Dat heeft hij gedaan en toen het boek klaar was heeft hij het eerste exemplaar overhandigd aan Koop Schiphorst-Haalweide, een van de nestblijvers uit het boek. Fantastisch was dat.’ 

‘Door dat boek heb ik kunnen bewijzen dat ik mijn ideeën ook succesvol kan uitvoeren en voltooien. Dat heeft me zeker op weg geholpen om voor de VR film “The Last Chair” de subsidies rond te krijgen. Gelukkig houdt mijn vriendme bij de les om een balans te vinden tussen commercieel en eigen interesse. Als iets me raakt is het verleidelijk steeds te blijven bijstellen en aanpassen omdat het nóg perfecter kan.’ 

Dat “The Last Chair” een groot succes werd, was zeker ook te danken aan de medewerking van Rutger Hauer, die de voice-over voor de stem van Egbert Stellink deed in de Engelstalige versie die tijdens het IDFA in 2017 in première ging en in het jaar daarop in de prijzen viel op verschillende filmfestivals viel. ‘Ik moest een goede stem hebben voor Egbert en heb gelijk hoog ingezet en een mail naar Rutger Hauer gestuurd met een link en de vraag of hij dit wilde doen. Ik kon het bijna niet geloven, maar ik had binnen tien minuten al zijn antwoord: ja! Egbert en Rutger zijn samen ook nog aan tafel geweest bij Matthijs van Nieuwkerk in DWDD (26 mrt 2018, terug te zien op YouTube). In eerste instantie zag Egbert dat niet zo zitten. Hij werd door buurtgenoten gewaarschuwd dat hij belachelijk gemaakt zou worden, maar gelukkig hebben de mensen van de thuiszorg en mijn moeder die hem ook al jaren kent, hem kunnen overtuigen toch naar de studio te komen. Opgehaald en thuisgebracht door de persoonlijke chauffeur van Matthijs, wat wil je nog meer.’

Anke vervolgt: ‘Het zijn wel allemaal projecten van de lange adem. Er komt nogal wat techniek bij kijken om de opnames te maken. We werken met acht camera’s die twee-aan-twee stereoscopisch de actie opnemen. Het opstellen luistert nauw, want de gebruiker moet het gevoel hebben oog in oog te staan met de persoon die in beeld is. Het editen om alle beelden mooi in elkaar over te laten lopen is een hele klus. De muziek en de gesproken tekst moeten goed getimed toegevoegd worden om zo het beeld en het verhaal te versterken. Voor al die onderdelen heb ik goede partners gevonden die ieder hun deel doen. Door die lange termijn geeft het ook ruimte om tussendoor commerciële opdrachten uit te voeren, want er moet wel brood op de plank komen,’ geeft Anke lachend toe. Naast fotografie heeft Anke tijdens Oerol gewerkt als beeldredacteur. ‘Dat vond ik heerlijk. Twee weken een soort culturele vakantie. Je verblijf is verzorgd en betaald en je ziet zo’n drie tot vier voorstellingen op een dag. Een goed team bij elkaar zoeken en die op locatie aansturen is geweldig om te doen. Na die twee weken had ik dan weer genoeg theater gezien voor de rest van het jaar, dat wel.’

Nu krijgt die laatste stoel van Egbert een vervolg als VR beleving bij de start van de (hopelijk eind van dit jaar) nieuw te lanceren Drenthe Hike: “Foodsteps”. Anke vertelt hoe dit zo gekomen is: ‘Naar aanleiding van mijn werk als documentairemaker maar ook als zelfstandig ondernemer geef ik samen met Jessie van Vreden op uitnodiging vertoningen met de VR brillen.  Tijdens zo’n sessie bij kunstroute Grensloos Kunst Verkennen was ik hier in Drenthe en zag Carla Sloots, gebiedsregisseur Hoogeveen/De Wolden, mijn werk. Zij heeft mij in contact gebracht met de Stichting Toeristische Promotie ZW Drenthe die bezig is met het ontwikkelen van lange afstandswandelingen, hikes, in het gebied van de gemeentes Hoogeveen, De Wolden, Westerveld en Midden-Drenthe.  (GKV is een route langs beeldende kunstwerken in de dorpen de Wijk (Drenthe) en IJhorst (Overijssel) en in het landschap van het grensriviertje de Reest, red.)

Het idee sprak me aan en zo zijn we tot een mooie samenwerking gekomen. Deze eerste hike begint met de VR-beleving bij Luning in Ruinen. Met het verhaal van Egbert wordt met bewegend beeld en tekst een stuk agrarische cultuur historie van Drenthe getoond. Daarna kan er worden gewandeld of gefietst langs bedrijven die voedsel produceren wat hier lokaal verkocht wordt in ’t Verhuus in Ruinen. Ik heb de eigenaren van de deelnemende bedrijven gefilmd terwijl ze op hun bedrijf bezig zijn en over hun werk en product vertellen. Deze filmportretten zijn dan op de eigen telefoon te zien. Daarvoor hoeft een ondernemer dus niet per sé zijn bedrijf open te stellen voor publiek, maar kan je als passerende wandelaar/fietser toch zien hoe er gewerkt wordt. Een mooi project en leuk om te doen. Ik woon dan wel in Amsterdam maar ben vaak hier bij mijn moeder. We gebruiken haar huis als basis tijdens opnamedagen. Zo ben ik ook een beetje een nestblijver.’

Wat er verder voor plannen en ideeën zijn? ‘Eerst deze hike opleveren, dat is met de coronamaatregelen wel lastig,’ verzucht Anke. ‘Als alles klaar is zullen we nog moeten gaan testlopen. Op dit moment zou de route wel gelopen kunnen worden, maar de VR beleving en uitgifte van de bij de route horende QR code om de filmpjes te bekijken is onmogelijk, omdat alle restaurants en dus ook Luning, gesloten zijn. Ondertussen zijn we aan het brainstormen over andere hikes. Met het Van Gogh jaar in zicht willen we ook daarvoor een route “door het leven van Gogh in Drenthe” maken, maar ook een wandeling naar Westerbork is in ontwikkeling. Genoeg te doen dus in de tussentijd. Nog meer Foodsteps in andere gebieden lijkt me ook mooi om te doen. Visueel beeldend verhalen vertellen met foto of film, wat het beste past bij de persoon, daar ligt mijn passie. Er is vlakbij veel moois te zien. Het is zoals Egbert in de documentaire zegt “mensen zijn ontevreden, maar waarom? Het is al mooi als je gezond bent” en dat is zo, zeker in deze tijd.’ 

door: Frédérique Waakop Reijers

Related Articles